Heide, bos en boerenland. Dat zijn de ingrediënten van het Ugcheler Markepad bij Apeldoorn. Met als kers op de taart een bezoek aan de Koppelsprengen: een sprengenstelsel van smalle, heldere beekjes. Een afwisselend Klompenpad van 11 kilometer, door het mooie buitengebied van Ugchelen.
Bospaviljoen ‘t Leesten
Startpunt van de wandeling is het Van der Valk Hotel Apeldoorn. Maar zelf ben ik het Klompenpad begonnen bij het opstappunt: Bospaviljoen ’t Leesten. Bedoeld als alternatief startpunt, en in het geval van het Ugcheler Markepad ook een volwaardig startpunt. Je vindt er ruime parkeergelegenheid en horeca. Bovendien is het informatiecentrum van Staatsbosbeheer hier gevestigd. Een mooie gelegenheid om je voor of na de wandeling nog even extra te verdiepen in het gebied waar je wandelt.
Heide
“Het mooie van ‘t Leesten vind ik de veelzijdigheid van het gebied. Op hele korte afstand van elkaar vind je hei en bos en loop je langs sprengen”, vertelt de boswachter van het gebied in een interview met Wandel.nl. En met die heide maak ik al snel kennis. Vanaf het opstappunt gaat het nog een kort stukje door het bos, waarna het open heideveld zich ontvouwt. Het is eind augustus en heb daarom het geluk dat de heide ook nog eens in bloei staat. Er volgen een paar mooie kilometers over heide en langs bosranden.
Klimmetje
Sporen van de voorlaatste ijstijd zijn nog duidelijk zichtbaar hier in het Leesten. Het landijs, dat vanuit het noorden ons land bereikte, stuwde de bodem als een grote bulldozer voor zich uit. Nadat het ijs zich terugtrok liet het een heuvelachtig landschap achter. Het betekent wel af en toe een klimmetje dus.
Grindkuil
Sinds 1987 is Het Leesten beschermd natuurgebied en in beheer van Staatsbosbeheer. De natuur heeft hier rust gekregen en het is hier heerlijk wandelen op een vrije dag. Dat hier ooit ook is gezwoegd en gezweet maakt een monument in de vorm van een lange ijzeren trap duidelijk. Het is bij de Grindkuil. In de crisisjaren van begin vorige eeuw werden werklozen op deze plek tewerkgesteld om grind te winnen voor de Apeldoornse stoepbandenfabriek. De diepe kuil lieten ze achter.
Salamandergat
Een zandhagedis schiet over het wandelpad en verdwijnt tussen de heidestruiken. Ik nader de rand van de heide en kom aan bij het Salamandergat. Hagedissen horen bij heide en salamanders bij water. Het Salamandergat is een prachtig vennetje, mooi gelegen aan het einde van het heideveld en langs de bosrand. Het water wordt er vastgehouden dankzij een ijzerhoudende oerlaag, die zich hier enkele meters onder de grond bevindt. Salamanders, kikkers, padden en ringslangen vinden er hun onderkomen; terwijl reeën, vossen, dassen en zwijnen hier drinkwater vinden. Een bankje nodigt uit voor een korte pauze. Om even in alle rust en stilte te genieten van het uitzicht – en afscheid te nemen van de Leesterheide.
Bos
Want het Ugcheler Markepad gaat het Ugchelse bos in. Ook kun je op dit punt ervoor kiezen de route te verkorten. Je wandelt dan via de Bakenberg terug naar Bospaviljoen ’t Leesten. Op de top van deze heuvel in het bos ontmoeten drie voormalige markegebieden elkaar. Maar ik laat de Bakenberg vandaag links liggen, om de hoofdroute van het Klompenpad te vervolgen. Het gaat over een halfverharde bosweg, tussen ranke jonge beuken door. Een groep koolmezen fladdert door de bomen langs het pad. Verder is het stil in het bos.
Aardappels
Het bos wordt verruild voor boerenland. Ik wandel over een rechte zandweg, tussen weilanden en akkers door. Het gaat langs een kale akker, waar onlangs de aardappels zijn gerooid. Twee fietsers vullen hun fietstas met een portie achtergebleven aardappels. “Zonde om ze te laten liggen en voor ons een mooi maaltje vanavond op de camping”, lichten ze toe. Behalve aardappels zijn hier sporen van bewoning uit de steentijd te vinden. Dit laatste lees ik in de Klompenpaden-app. En blijkbaar bleef het gebied bewoond: daar wijzen grafheuvels in de omgeving op. Deze stammen uit de bronstijd en zijn ongeveer drieduizend jaar oud.
Koppelsprengen
Er volgt een prachtig wandelpad langs smalle, helder stromende watergangetjes. De licht slingerende ondiepe watergeulen zijn lang geleden gegraven om papiermolens aan te drijven. Het zijn de Koppelsprengen. Regenwater dat op hoger gelegen delen van de Veluwe is gevallen, sijpelt hier na een lange reis uit de grond. Het is helder, zuiver water – en ook daar had de papierindustrie behoefte aan. In het heldere water van de Koppelsprengen voelen zich bijzondere soorten dieren en planten thuis. Zoals de zeldzame beekprik: een palingachtig visje dat hier weer voorkomt. Ook het zeldzame paarbladig goudveil kun je hier tegenkomen. Een plantje dat alleen groeit in de buurt van zuiver kwelwater. Dat soort plekken is er natuurlijk niet meer zoveel in ons land.
Caesarea
Verscholen tussen hoge bomen ligt Huize Caesarea. Een prachtig, imposant gebouw, dat hier in 1920 is neergezet door ondernemer Frits Caesar. Bedoeld als vakantiekolonie voor kinderen uit Amsterdam. Zij konden hier tot rust komen. Tegenwoordig gebruikt het Leger des Heils het complex voor opvang van (ex-)verslaafden. Er volgt een korte, maar mooie lus, door het parkachtige bos rond Huize Caesarea. Waarna de rust van het bos even wordt verruild voor de drukte van de stad Apeldoorn. De drukke Otterloseweg wordt overgestoken en ik kom aan bij het Van der Valk Hotel Apeldoorn.
Ugchelse Enk
Het hotel is het officiële startpunt van het Ugcheler Markepad. En als je het Klompenpad hier bent begonnen, is het ook het eindpunt van je rondwandeling. Voor mij betekent het echter nog even een stukje doorwandelen: op naar Opstappunt ’t Leesten, waar ik zelf de wandeling ben begonnen. Het laatste traject gaat door de Ugchelse Enk. De akkers hier zijn eeuwenoud en enigszins bol. Jaar na jaar zijn ze bemest met een laag heideplaggen met schapenmest. En zo langzaam iets boven de omgeving gaan uitsteken.
Dan nog een klein stukje door het bos en Bospaviljoen komt weer in zicht. En hiermee ook voor mij het eindpunt van een mooie en afwisselende wandeling, door het buitengebied van Ugchelen bij Apeldoorn.