Op bezoek bij de monniken
Net buiten Doetinchem ligt landgoed Slangenburg. Aangelegd in de 17-de eeuw en na de Tweede Wereldoorlog als verbeurd verklaard Duits bezit in handen gekomen van Staatsbosbeheer. Met twaalf kilometer lengte is wandelroute De Slangenburg lang genoeg om alle delen van het bijna 600 hectare grote landgoed te bezoeken.
De wandeling begint en eindigt bij Restaurant ’t Onland. Deze plek diende volgens de website van het restaurant vanaf 1790 lange tijd als pleisterplaats voor voerlui die er hun paarden lieten rusten. Nu rusten wandelaars en fietsers er binnen of op het terras.
Al snel komt de wandeling in de buurt van de Sint Willibrordsabdij. Wie het klooster beter wil zien moet de slingerende oprijlaan iets verder inlopen, de wandelroute slaat voor het klooster af. De kapel is de hele dag open. Alle gebedsdiensten zijn voor belangstellenden bij te wonen. De abdij is na de Tweede Wereldoorlog gebouwd door Benedictijner monniken. Toen het landgoed door de Nederlandse staat werd afgenomen van de Duitse eigenaar konden de Benedictijnen een klein gedeelte van het landgoed kopen om er een klooster te bouwen.
Het kasteel Slangenburg, waar ik even later langs wandel, is momenteel in gebruik als gastenverblijf van het klooster. Het huis stamt grotendeels uit de 17-de eeuw. De laatste particuliere bewoner was de Duitse familie Passmann. Ondanks dat de familie erom bekend stond tijdens de oorlog veel voor het landgoed en de mensen die er werkten gedaan te hebben, werd het gehele bezit door de Nederlandse staat afgenomen. Het familiekerkhof, waar ik even later langs wandel, mocht de familie na de verbeurdverklaring in erfpacht houden.